Autoroute du Soleil

Binnen enkele weken is het weer zover. Vele duizenden Vlamingen zullen tijdens de zomermaanden via de Autoroute du Soleil naar het zuiden trekken. Feitelijk zouden we over ‘les’ Autoroutes du Soleil moeten spreken: de A6 (Parijs-Beaune-Lyon) en de A7 (Lyon-Orange-Marseille). Wie de auto neemt en de bekende ‘Nationale 7’ wil vermijden om naar het zuiden van Frankrijk, sommige delen van Spanje of Italië te rijden, moet langs de betalende Autoroute du Soleil. Het drukke gedoe op die snelweg zorgt onmiddellijk voor de vakantiesfeer. Als men dan in Lyon nog vlot door de Tunnel de Fourvière kan rijden, dan kan het feest beginnen. De kilometervreters onder ons doen hun trip in één ruk, de genieters stoppen weleens. Wanneer je over voldoende tijd (en centen J) beschikt is zo’n pauze zeker aan te raden. Zoals bij zoveel Franse steden en gemeenten – niet alleen daar trouwens – zijn de commerciële centra en industrie aan de rand van de stad niet echt uitnodigend. Onterecht, het kitscherig uitzicht van de periferie verbergt soms een rijkdom aan historisch erfgoed in de oude stadsgedeelten.  Er is wel wat te zien en te eten in steden en gemeenten, waar we aan 130 km per uur voorbijrazen.

Tussen Vlaanderen en Lyon: Nancy  (350 km van Brussel via A31, op weg naar de Autoroute du Soleil)

In Nancy moet men zeker de Place Stanislas (gebouwd tussen 1752-1756) bezoeken. Het volledig verkeersvrije plein – het meet 106 bij 124 meter en dateert uit het midden van de 18de eeuw – vormt samen met de Place de la Carrière en de Place d’Alliance een voetgangersgebied dat door de UNESCO in de werelderfgoedlijst werd opgenomen. Bij de erkenning als werelderfgoed werd het ensemble als volgt beschreven: “De drie pleinen vertegenwoordigen een unieke artistieke prestatie, een meesterwerk van de creatieve geest. Voor velen is de Place Stanislas dan ook een van de meest adembenemende en bevalligste pleinen ter wereld. Loop even binnen in Le Grand Café Foy dat in 1850 werd gesticht.  ‘s Middags betaal je er € 12,90 voor een dagschotel. Voor het Foy Express menu (tussenribstuk met frietjes en sla, een dessert en een drank naar keuze) moet je € 23,00 neertellen. Al is het geen topgastronomie, het kader is prachtig.

Is Nancy te dicht bij uw vertrekpunt, kies dan misschien eens voor Beaune. Het prachtige oude stadgedeelte, het Hotel-Dieu, de wijnen en gastronomie zullen u zeker en vast kunnen bekoren. Tot in 1971 – men kan het zich amper inbeelden – werd het Hotel-Dieu nog als ziekenhuis gebruikt. Het wordt jaarlijks door een half miljoen toeristen bezocht. Het Hotel-Dieu, bij wijnliefhebbers beter gekend als ‘Hospices de Beaune’, bezit meerdere wijngaarden en al sinds midden de 19e eeuw wordt in de grote hal van Hotel Dieu één keer per jaar in november de vaten wijn geveild. Op basis van deze veiling wordt de richtprijs van andere Bourgognewijnen berekend. Om nog even bij de wijnen te blijven, in een oude kerk uit de 13e eeuw is de Marché Aux Vins gevestigd. Voor een € 15 kan u evenveel topwijnen proeven. Doordat de dure Bourgognewijnen veel toeristen afschrikken, wordt de deur van de Marché Aux Vins niet plat gelopen. Onterecht, want deze mensen zijn niet opdringerig en laten u volledig vrij in het al dan niet aankopen van wijnen

Specialiteiten van de streek: Le Jambon Persillé, Les Andouillettes au Chardonnay, Les Oeufs en Meurette Vigneronne, Les Escargots de Bourgogne en Persillade, Le Coq au Vin of le Boeuf Bourguignon. Los van de andouillette misschien, zijn dat allemaal gerechten die iedereen wel lust.

Een restaurantje dat we zeker kunnen aanbevelen is Le Comptoir des Tontons, 22 rue du Faubourg Madeleine. Menu’s tussen de € 29 en € 42.  De Côte de Beaune is de bakermat van de Chardonnay. De witte wijnen van dit gebied behoren tot de beste van de wereld. Een witte Montrachet of Meursault doen vele wijnliefhebbers watertanden.

Grote wijnen uit de Côte de Beaune : Aloxe-Corton (Grand Crus), Pernand-Vergelesses (1er en Grand Crus), Savigny-lès-Beaune (1er Crus), Beaune (1er Crus) ,Pommard (1er Crus), Volnay (1er Crus), Monthelie (1er Crus), Saint-Romain, Auxey-Duresses (1er Crus), Meursault (1er Crus), Puligny-Montrachet (1er en Grand Crus), Chassagne-Montrachet (1er en Grand Crus), Saint-Aubin (1er Crus), Santenay (1er Crus) en Les Maranges

In tegenstelling tot de Bordeauxwijnen verwijzen de Bourgognewijnen altijd naar de plaats waar ze gemaakt zijn. Op de A6, zo’n 75 km  voor Lyon, ligt de historische wijnstad Mâcon, het zuidelijkste punt van Bourgondië en hoofdstad van het departement Saône-et-Loire. Gezien de afstand – 665 km van Brussel – is Mâcon een geschikte plek om te overnachten en even te genieten van een glas Pouilly-Fuissé, wijn uit de dorpjes Pouilly en Fuissé, zo’n 17km daar vandaan. Pouilly-Vinzelles en Pouilly-Loché zijn ook naar het dorp Pouilly genoemd, maar zijn minder gekend.

Let op, deze wijnen worden wel eens verward met Pouilly-Fumé uit de Loirestreek. Op 10 km van Mâcon – in het dorpje Chaintré (71570) – kan men uitstekend tafelen in La Table de Chaintré, Place de Luminaire 70. Zeldzaam zijn de restaurantjes met 1 Michelinster die een 7-gangen (van amuse tot dessert) menu serveren voor € 58. Reserveren is wel noodzakelijk (0033 (0)3 85 32 90 95).

De Beaujolais begint ongeveer 10 kilometer ten zuiden van Mâcon. Het wijngebied wordt in twee subregio’s indedeeld: Haut-Beaujolais en Bas-Beaujolais. De beste wijnen komen uit de noordelijkst gelegen Haut-Beaujolais, waaronder de Beaujolais Villages. De 10 crus uit de Beaujolais zijn Saint-Amour, Juliénas,Chénas, Moulin-à-Vent, Fleurie, Chiroubles, Morgon, Régnié, Brouilly en Côte de Brouilly.

Op naar Lyon dat vaak met een belabberde verkeerssituatie wordt geassocieerd. Als het echt te druk wordt kan je van de gelegenheid gebruik maken om het oude stadsgedeelte en een van zijn vele eethuisjes te bezoeken. Van les bouchons, les mâchons, les mères tot en met Michelen-sterren bekroonde restaurants: de hoofdstad van de gastronomie kan u alles bieden op het gebied van lekkernijen! Hoed u wel voor commerciële toeristenstraatjes, soort Brusselse beenhouwerstraat.

Bouchons en mâchons (restaurants die vanaf 9 uur ‘s morgens toegankelijk zijn) zijn kleine restaurantjes met typische Lyonese gerechten, waar veel orgaanvlees en charcuterie worden geserveerd. Les Mères serveren meer de klassieke en streekgerechten. Les Méres waren in de beginne vrouwen die kookten voor de burgerij waar ze inwoonden, om zich vervolgen voor eigen rekening te installeren. Vandaar dat deze eetgelegenheden vaak nobele ( Bressekippen, wild, enz.) gerechten serveren.

De grootmeester monsieur Paul (Bocuse) heeft naast zijn driesterrenrestaurant ook 6 brasseries. Vier daarvan zijn genoemd naar de windstreken: Le Nord, Le Sud, l’Est en l’Ouest,  de andere twee luisteren naar de naam Fond Rose en Marguerite. In deze zaken betaal je € 26,60 voor een voor- en een hoofdgerecht en een dessert.

*Machons, de confrérie heet Franc-Machons ( http://www.francmachon.org/les-origines.html )

Typisch gerechtje uit Lyon: ‘Cake met gekookte varkensoren (of spekreepjes)’ voor 4 personen

Ingrediënten: 350 gr oren in reepjes of spekreepjes, 5 gr bakpoeder, 60 gr zachte boter, 1 koffielepel mosterd, 25 gr peterselie, 50 ml arachideolie, snuif zout, 2 eieren, 125 gr bloem, 60 gr gemalen gruyèrekaas en enkele toeren van de pepermolen.

Oven voorverwarmen op 200°. Beboter een kleine cakevorm. Was en hak de peterselie. In een mengkom doe je zachte boter, de olie, de mosterd en peper & zout. Zeer goed mengen om een homogene massa te verkrijgen. Doe er dan de eieren bij en meng verder. Voeg er de resterende ingrediënten aan toe. Doe het in de cakevorm en bak gedurende een 45-tal minuten.

(let op met zout wanneer u gezouten spekreepjes gebruik)

Een sneetje cake, gebakken in boter en opgediend met een ruccolaslaatje en een jong wijntje (un pot), is een voorbeeld voor de Lyonese keuken.

Orange
Hier zwaait de rechts-nationalistische burgemeester Jacques Bompard (Ligue du Sud) al twintig jaar de plak.

Ook in en rond Orange kan het verkeer ellendig lang opstoppen, een goede reden om dat mooie stadje te bezoeken. Het antieke theater, prachtig voorbeeld van de Romeinse bouwstijl, en de historische triomfboog moet men zeker gezien hebben. Van 7 juli tot 3 augustus vinden in het antieke theater de wereldvermaarde ‘Chorégies d’Orange’ plaats. Dat is meteen het oudste festival van Frankrijk, in 1869 opgericht. Dit jaar worden vooral Bizet en Verdi in de kijker geplaatst. Met Orange bevinden we ons ook onmiddellijk in de zuidelijke Rhône.

Dentelles de Motmirail

De wereldberoemde wijnvelden van Châteauneuf-du-Pape, Gigondas, Vacqueras, enz.,  liggen op een boogscheut van het centrum van deze Oranjestad. In feite is Orange en zijn brede omgeving al een vakantiebestemming op zich. Op de wekelijkse markten van Orange, Carpentras, Vaison-la-Romaine of Bédoin komen de Provençaalse geuren u van ver tegemoet. Die marktsteden zijn trouwens interessant op zich. Ons lievelingsrestaurant in deze regio is zonder twijfel Les Florets, in het wijndorpje Gigondas. Gelegen in de schaduw van de Dentelles de Montmirail, biedt dit restaurant alles wat een mens op een zwoele zomeravond verlangt: schaduw, adembenemend uitzicht, lekker eten en een zeer interessante (betaalbare) wijnkaart. Geen sterren, maar zo oerdegelijk.

Centraal in het dorpje van Gigondas kan men een bezoek brengen aan ‘Le Caveau des Vignerons’. Alle wijnen van àlle wijnboeren met deze appelatie kunnen er geproefd en gekocht worden, aan dezelfde prijs als op de respectievelijke domeinen zelf. Vanaf € 11 zijn er wijnen uit dat befaamd wijngebied voorhanden. De gemiddelde prijzen schommelen tussen € 15 en de € 20 per fles, stuk interessanter dan bij de buren van Châteauneuf-du-Pape, waar je algauw het dubbele moet neerdokken. Kwalitatief gezien  moeten deze Gigondas wijnen – zeker de beter gemaakte – niet onderdoen voor hun pauselijke streekgenoot. Enfin, dat is onze mening.

Roeland Van Walleghem