Parijs: katholieke processie aangevallen door Antifa
Een processie te Parijs ter herdenking van Katholieke martelaren, geëxecuteerd ten tijde van de Commune in 1871 werd brutaal verstoord door extreemlinkse betogers, waaronder gemaskerde leden van Antifa. Eén persoon moest hierbij opgenomen worden in het ziekenhuis. De processie bestond uit leden van 5 parochies uit het oostelijke gedeelte van Parijs. Deze laatsten wilden een route van 4 km volgen van de Square de la Rocquette, plaats van de executie in 1871 van Aartsbisschop Georges Darboy van Parijs, tot Notre Dame des Otages, de plaats waar 49 andere martelaren werden geëxecuteerd. Volgens Mgr. Denis Jachiet, hulpbisschop van Parijs, was de doelstelling van de processie puur religieus en bestond de optocht voornamelijk uit ouderen en gezinnen. De mars verliep in het begin vrij rustig, maar werd al snel verstoord door linkse betogers met rode vlaggen, die “mort aux fachos” (dood aan de fascisten) riepen. De processie bleef verder lopen, maar werd even later aangevallen door jongeren met zwarte bivakmutsen. Vlaggen en vaandels werden uit de handen van parochianen gerukt en door de extreemlinkse activisten vertrappeld. Er werd met vuilnisbakken, glazen flessen en zelfs afspanningen gegooid. Sommige processiegangers kregen ook vuistslagen. Twee 60 plussers eindigden op de grond en een andere werd met een ernstige hoofdverwonding naar het ziekenhuis gebracht. Karine Dalle, verantwoordelijke communicatie van het bisdom van Parijs, erkende dat het thema van de Parijse Commune gevoelig ligt, maar voegde hieraan toe dat het bisdom zich niet had verwacht aan een extreme reactie op een puur religieus evenement. Ook de Franse Minister van Binnenlandse Zaken, Gérald Darmanin (République en Marche) reageerde op Twitter tegen hen die partij kiezen voor “gewelddadige individuen”. “De godsdienstvrijheid moet op een serene wijze uitgeoefend kunnen worden,” benadrukte hij.
Wat gebeurde er tijdens de Parijse Commune?
De Parijse Commune was een kort revolutionair bewind, dat in 1871 ontstond na de capitulatie van Frankrijk op het einde van de Frans-Duitse oorlog (1870-71). Na een lange belegering van Parijs, met hongersnood tot gevolg, besliste Otto von Bismarck, dat Frankrijk zo snel mogelijk een legitieme regering moest verkiezen. Deze ging zetelen in Versailles. De anarchistische leiders van de Commune erkenden deze nieuwe regering echter niet en grepen in Parijs de macht van maart tot mei 1871. Daar installeerden ze een collectivistisch regime. Er ontstond tijdens deze periode ook een haatcampagne tegen het Katholicisme en haar clerus, die werden voorgesteld als vijanden van het volk. De Parijse “Communards” schortten het concordaat met Rome unilateraal op en schaften alle Kerkelijke subsidies af. Katholieke scholen en instellingen werden gesloten, zusters vervangen door geïmproviseerde lekenonderwijzeressen. Kerkdiensten mochten enkel op bepaalde uren plaatsvinden, zodat er ook tijd was voor revolutionaire tribunes. Kerken werden geplunderd; vooral kostbare religieuze voorwerpen moesten het ontgelden. Voor priesters en zusters was het onveilig om op straat te komen. Velen kozen daarom voor burgerkledij.
Uiteindelijk vond er een “soutane-razzia” plaats, waarbij Aartsbisschop Georges Darboy, samen met 300 andere priesters, religieuzen en seminaristen, werd gearresteerd als “collaborateur” van de regering van Versailles. De bedoeling was de clerici en religieuzen als gijzelaars uit te wisselen tegen de gevangen revolutionaire leider Blanqui, maar de al even antiklerikale regering van Versailles weigerde om hierop in te gaan. Daarna escaleerde de haatcampagne verder en werden priesters beschuldigd van het opsluiten, uithongeren, folteren en seksueel uitbuiten van jonge meisjes in ondergrondse crypten. Een overleden priester werd door de revolutionairen uit het graf genomen, door de stad gedragen en op een vuilnisbelt gegooid. Hoewel de gegijzelde zusters uiteindelijk werden vrijgelaten, liet de executie van de mannelijke clerici niet lang op zich wachten. Aartsbisschop Darboy had een gruwelijk einde, dat trouwens voorspeld werd door O.L Vrouw in een visioen van de Heilige Katharina Labouré van de Rue du Bac. Darboy werd samen met andere gevangen clerici gefusilleerd, maar overleefde het eerste salvo. Uiteindelijk werd hij afgemaakt met een pistoolschot door de extremistische “Capitaine Pigère” (née Louise-Félicie Gimet), een hysterische dame, die al de dood van verschillende priesters op haar geweten had staan. De Commune eindigde met een bloederige week op het einde van mei 1871, toen het reguliere Franse leger de hoofdstad opnieuw heroverde. 20 tot 30,000 revolutionairen verloren hierbij het leven, versus minder dan 1000 reguliere soldaten. Daarna werden er 38,000 Parijzenaren gearresteerd en 7000 gedeporteerd.
Bron: Het Katholieke Forum