Picon

Wanneer de eerste Fransen zich omstreeks 1830 in Algerije installeerden, bestond er geen remedie of medicatie tegen de malariaziekte. Water drinken van ongecontroleerde waterbronnen was zo goed als uw eigen doodvonnis tekenen. Vele wetenschappers zochten naar een middel om de uitbreiding van paludisme (malaria) tegen te gaan. Water drinken – we hebben het altijd gezegd – kan schadelijk zijn. Gaétan Picon – onze man van de maand -had het ook zo begrepen. Zijn ‘medicament’ zal de wereld veroveren. Het werd zelfs een medicatie voor supergezonde mensen.

Gaétan PICON (1809-1882)

Picon is eigenlijk ook een klein beetje een Belgisch drankje, want in 1837 vond een in België (Philippeville) wonende Fransman het recept voor de Amer Picon uit” (Knack)

Zelden zo’n nonsens gelezen!  De brave man heeft nooit in de Waalse stad Philippeville gewoond. Erger, hij heeft wellicht nooit een voet op Belgische bodem gezet. Toen de man het levenslicht zag, bestond deze ellendige constructie niet eens. Dat hij in Philippeville verbleef is correct. Maar dan spreken we wel van de Algerijnse stad met dezelfde naam, zo’n 2598 km verder, het huidige Skikda. Tot in 1962, het einde van de Algerijnse Oorlog, heette Skikda, een stad van 160.000 inwoners  in het noordoosten van Algerije,  Philippeville.

Men kan zich vragen stellen over de geloofwaardigheid van ‘kwaliteitsbladen’ als Knack.  Hoboken (New Jersey) is ook Hoboken (Antwerpen) niet. Het is ons bovendien opgevallen dat andere bronnen dat ‘natte vinger-artikel’ van Knack klakkeloos hebben overgenomen.

Picon

Wie Picon zegt, denkt onmiddellijk aan de grensstreek met Frankrijk, de Westhoek en het Heuvelland.  Aan ‘de schreve’ is Picon zowat het populairste aperitief. Waarom Amer Picon vooral het noorden heeft kunnen bekoren, blijft een raadsel. Een drank – uitgevonden in Algerije en verder gecommercialiseerd in het zuiden van Frankrijk – die  voornamelijk in het noorden wordt gedronken, is toch uniek.  Zonder aarzelen zou men de distilleerderij  van Picon eerder in Rijsel,  Sint-Winoksbergen of Hazebroek verwachten, dan in Marseille of Toulon.

In cafeetjes met formicatafels,  kitscherige interieurs uit de jaren ’50 en ’60 van vorige eeuw,  sanseveria’s en de al dan niet gekleurde TL-lampen – zo talrijk in de grensstreek – is zo’n glas Picon zeker op zijn plaats.

Elke café dweept natuurlijk met zijn eigen recept, zijn Picon maison.  Vraag niet achter het recept, want je krijgt het toch niet. Volgens de meeste streekbewoners uit de Westhoek drink je de beste Picon in ‘De Vette Os’ in Leisele, deelgemeente van Alveringem. De baas verkoopt zijn geheime samenstelling zelfs in flessen. De Vette Os is een authentiek dorpscafé waar de dorpelingen na de zondagse mis nog traditiegetrouw samenkomen voor een babbel, om er een kaartje te leggen of gewoon om te genieten van een goede pint.  Café De Vette Os ligt op de hoek van het dorpsplein in de schaduw van de laatgotische, 16de eeuwse Sint-Martinuskerk.

Toch hebben we de indruk dat Picon aan populariteit inboet. Jongeren zijn blijkbaar minder geneigd om dat aperitief te bestellen. Zou de gin-omania daar voor iets tussenzitten? Eind december bereikte ons het tragische (J) nieuws dat het ‘Palais du Picon’ in Bray Dunes, pal op grens met De Panne, plaats moest maken voor een hotel en appartementsgebouw. De 70-jarige cafébaas, Iwan Pauwels, stond 20 jaar achter de toog van zijn palais. Het was een verplichte ontmoetingsplaats voor iedereen die van Picon houdt.

Maar wie was Picon?

In 1815 verlaat de familie Picon de streek rond Genua (toen een Franse provincie) om zich in Marseille te  vestigen. De jonge Gaétan gaat dan als leerjongen aan de slag bij verschillende distilleerders in Aix-en-Provence, Toulon en Marseille. Daar groeit zijn interesse voor  botanisch dranken en infusen. Het recept voor zijn Picon Africain – van IS en dergelijke was gelukkig nog geen sprake – heeft hij in 1837 uitgevonden.  Op zijn 28ste – tijdens zijn dienst bij het Franse leger in Algerije -kreeg de kreeg de man malaria, nadat hij dat als klein kind ook al had gehad. Gaétan – die het distilleren al goed beheerste – ging op zoek naar kruiden en mengsels die malaria kon bestrijden. Oude recepten van zijn grootmoeder – waarvan hij dacht dat ze zijn malaria op jeugdige leeftijd hadden genezen – werden terug bovengehaald en aangepast. Zestes van appelsien, kina en gentiaan liet hij in een eau-de-vie trekken. Het resultaat was verbluffend: de koorts verdween.

Generaal Valée (1773-1846) – bevelhebber van de troepen in Algerije – vroeg aan Picon om zijn drankje voor het volledige korps te produceren. picon-senNa zijn legerdienst in 1840 opende Picon een eerste distilleerderij in Phillippeville (Algerije J). Het product heette toen Amer Africain (of Amer Algérien) . Zijn drankje had zodanig succes dat hij in Algerije nog drie fabrieken oprichtte. Een bronzen medaille, verkregen tijdens de wereldtentoonstelling in Londen in 1862, zorgde voor de man zijn later fortuin.  In 1872 verhuisde Gaétan Picon opnieuw naar Frankrijk en stichtte hij in Marseille een grote distilleerderij en hernoemde zijn product tot Amer Picon.  Al snel leek deze locatie te klein en succursalen in Bordeaux en elders werden opgericht.

Momenteel wordt Amer Picon verdeeld door de groep Moët Hennessy Diageo, dochtervennootschap van de groep Louis Vuitton Moët Hennessy, gekend voor talrijke luxeproducten.

 Samenstelling

De grondstoffen van Picon zijn de Muskat- en Clairettedruiven uit het zuiden van Frankrijk. De druivenmost wordt met alcohol verrijkt waardoor de normale fermentatie onderbroken wordt. Daarna worden de kruidenextracten (Gele Gentiaan, schors van Kina en schillen van citrusvruchten) toegevoegd die de Picon op smaak moeten brengen. Doordat het gistingsproces vroeg genoeg onderbroken wordt, moet er geen bijkomende suiker meer toegevoegd worden. De zoetheid van de Picon komt dus uitsluitend van de druivensuiker die in de most aanwezig is.

Picon heeft (had) een redelijk hoog alcoholpercentage en wordt dus weinig puur gedronken. Voor 1970 was het alcoholgehalte 39° Later werd dat enkele keren aangepast, maar sinds 1989 is dat 21°. Meestal wordt het met witte wijn of bier geserveerd, aangevuld met grenadine of citroensiroop, Cointreau, Curaçao Orange,  Triple Sec, Grand-Marnier en geperst sinaasappelsap.

Het vermelden van cocktails op basis van Picon is een onbegonnen werk. Daarom beperken we ons tot twee ongebruikelijke exemplaren: de Ierse Picon en de Picon Henri

De Ierse Picon(in een bierglas): 2cl grenadine, 2cl Picon en goedgekoelde Guinness naar smaak. Parfumeer met citroen- en appelsienschijfjes.

Picon Henri (stevig): 5/10 witte rum, 3/10 Picon, 1/10 kersenlikeur en 1/10 Poire William. Alles goed shaken met veel ijsblokjes en opdienen.

Voor wie eens zijn eigen (soort) Picon wil maken (Huis Desmecht aan het Brusselse Katelijneplein kan die kruiden leveren)

13 gr rode kina, 13 gr gentiaan, 7 gr gedroogde bittere sinaasappelschillen, 1 liter alcohol van 90°, 6 onbespoten (of goed gewassen) sinaasappels, 2 kg suiker, 20 cl vloeibare karamel en 4 liter water

Laat de kina, de gentiaan en de sinaasappelschillen gedurende 24 uur trekken in de pure alcohol. Schil de sinaasappelen met de dunschiller (vermijdt het wit gedeelte onder de schil) en doe de schil bij het treksel. Verwijder vervolgens het witte vlies van de sinaasappelen. Plet het sinaasappelvlees, doe er 1 liter water bij en zet het gedurende 8 dagen in de koeling.

Giet het sinaasappelconcentraat door een neteldoek en doe er de suiker, 3 liter water en de karamel bij.  Het product is nu klaar om op de fles te gaan. U kan er natuurlijk uw eigen cachet aan geven door bijvoorbeeld meer kina of gentiaan toe te voegen. Er zal altijd een klein bezinksel ontstaan. Goed schudden voor gebruik helpt daarbij.

Met dank aan Gaétan