Een autochtoon eiland In Marseille: geen multikul, geen criminaliteit….
Het lijkt op het eerste zicht een oud kazerneachtig appartementenblok uit de jaren ’60 van vorige eeuw. Een verouderd commercieel centrum, achterhaalde decoratie en schilderwerken die aan die periode doen denken. Nochtans is er nergens een sluikstort, een papiertje of graffiti te vinden. De gras- en bloemenperken zijn keurig onderhouden en in de inkomhallen kan men van de grond eten.
La Rouvière, ook wel Super-Marseille genoemd, is een blanke enclave in Marseille, Frankrijk. Geen criminaliteit, geen multicultuur, enkel rust en orde.
‘La résidence Rouvière’ in het 9de arrondissement van Marseille is het grootste co-eigendom van Europa. Het is in feite een stad in de stad waar de bewoners van aanpakken weten. Het domein, 28 hectaren groot, telt 2204 appartementen en 8800 bewoners. De hoge torens van 20 verdiepingen bieden zicht op de baai van Marseille en op de Calanques (kreken). Oorspronkelijk werd het in 1962 gebouwd om de repatrianten uit de Algerijnse Oorlog te huisvesten, voornamelijk pieds-noirs. Pied-noir was de verzamelnaam die men gaf aan Franse nationalisten, Sefardische Joden en kolonisten uit andere Europese landen zoals Spanje, Italië, Malta, die in Algerije geboren werden. Zevenhonderdduizend van die mensen ontvluchtten in 1962 Algerije voor de terreur van het islamcommunistische FLN (Front de Liberation Nationale). Een deel daarvan kwam terecht in La Rouvière. Allemaal niet wereldschokkend, gaat u zeggen. Dat is ook zo, maar toch is er iets bijzonders aan deze residentiële woonwijk.
Een stilzwijgend akkoord tussen de co-eigenaars zorgt ervoor dat daar van multiculturaliteit in de verste verte geen sprake is. In naam van de veiligheid en de levenskwaliteit beslisten de eigenaars hun domein homogeen ‘blank’ te houden, een ongeschreven wet zowaar, waarvan niet wordt afgeweken. “We voelen ons hier goed in La Rouvière. De mensen zijn er vriendelijk en beleefd, en van criminaliteit is hier geen sprake”, zegt een vrouwelijke mede-eigenares. Ze voegt eraan toe: “het is goed leven in La Rouvière.” De syndicus vat het als volgt samen: “Wij willen onder elkaar blijven, voor ons geen culturele mix. Hier zijn we nog in Frankrijk, met families die dezelfde normen en waarden delen. Wij hoeven geen islamitische fanatici of geïmporteerde criminaliteit in onze omgeving.”
In de drie kiesbureaus van La Rouvière behaalde het Front National bij de laatste verkiezingen 46,5% van de stemmen. Natuurlijk is dat een doorn in het oog van de politiek-correcte meute. Maar ze staan machteloos. Een afkeurend artikeltje in Le Monde of in Libération – waar de mensen hun schouders voor ophalen – niet te na gesproken.
Het zijn immers allemaal eigenaars die hun woningen niet willen of wensen te verhuren. Bovendien is de residentie zo in trek dat wanneer iemand toch zou verkopen, daarvoor geen advertentie nodig is. De eventuele verhuizer, wordt onmiddellijk vervangen door iemand die op ‘de interne lijst’ staat, een blanke Fransman die de tradities in ere houdt. Het wordt allemaal zo fijn en subtiel gespeeld, dat de ‘anti-racismewetgevingen’ geen vat hebben op de bewoners van La Rouvière. Houden zo…