(Foto-)verslag groepsbezoek Douanemuseum (SF Regio Antwerpen)
Antwerpen, 6 februari.
Patt kwam met het voorstel en maakte de afspraak, Lutgarde volgde de inschrijvingen op, Lutje en Dirk vonden een plaats om te trakteren: een goede samenwerking maakt alles mogelijk.
Raymond, “zeg maar Mon”, douanier op rust maar bijzonder goed op de hoogte van de actuele ontwikkelingen, was onze uitstekende gids. Want je kan veel lezen en bekijken maar een bezoek is pas af als een douanier uit eigen ervaring en met onnavolgbare zelfspot en humor (maar nooit vernederend!) het verhaal van de douaniers vertelt.
Een verhaal zo oud als de mensheid. Al in de tijd van de Grieken waren er douaniers, maar ze waren gekend onder een andere naam: tollenaars. De meest gekende is de tollenaar Mattheus, die apostel werd en vandaag de patroonheilige is van de douaniers. Aan de Antwerpse rede staat trouwens het “Tolhuis”: zo vertrouwd maar legden we de link met de douane?
De benaming “Douane” gaat men pas gebruiken tijdens de Franse bezetting van onze contreien, in de tijd van Napoleon. Als in 1815 de Fransen vertrekken blijven de douaniers achter want waar grenzen zijn is er controle nodig. Vroeger – daarvan getuige de vele objecten en foto’s – was dat vooral gefocust op het oversmokkelen van bv boter (een heuse boteroorlog) maar toch ook al, via de haven, meer exotische goederen.
Het wegvallen van de binnengrenzen van Europa maakt dat de douaniers nu de buitengrenzen mee bewaken, zoals de havens van Antwerpen, Zeebrugge, Oostende en de luchthavens.
Vandaag ligt de nadruk op het onderscheppen van drugs die via de haven Antwerpen of de luchthaven ons land binnekomen. Met drughonden kan men drugsmokkelaars uit de massa halen (en hoe die honden dat doen is een verhaal op zich) en in de haven helpen containerscans ook een handje.
Zo kon men in 2023 120.000 ton cocaïne onderscheppen, al gaf Mon ruiterlijk toe dat dit slechts het topje van de ijsberg is.
Volgde een rondleiding in de “entrepot”: de vindingrijkheid van smokkelaars maar ook de snuggerheid van de wakkere douaniers.
Hier terug die echte Antwerpse inslag: moppen en grollen die onze 25 senioren bijzonder waardeerden.
Tot de verbeelding sprekende in beslag genomen voorwerpen brengen de verhalen van Mon nog meer tot leven.
Een bezoek dat in feite te kort was, al denk ik dat we allen na bijna twee uur toe waren aan een drankje.
We zouden dat gebruiken in een nabijgelegen “kleine café aan de haven” waarmee we duidelijke afspraken hadden gemaakt maar als de uitbater de afspraak niet nakomt moeten we doorschakelen op plan B: naar ’t Sint Jansplein waar we in “De Pagadder” onder eigen volk zeker welkom waren.
Gelijk daar afspraken gemaakt voor na ons volgend bezoek aan ’t Douanemuseum op dinsdag 26 maart.
Voor dit bezoek zijn er nog slechts enkele plaatsen vrij!