Recordbedrag kindergeld versluisd naar buitenland

 

In 2015 werd €106.204.040 Belgische kinderbijslag geëxporteerd naar het buitenland. Die kinderbijslag werd aan 33.645 rechthebbenden uitbetaald voor 60.538 kinderen die niet in ons land worden opgevoed. Dat blijkt uit het antwoord van minister Jo Vandeurzen op een vraag van Vlaams Belang- parlementslid Ortwin Depoortere.

De kinderen voor wie de kinderbijslag bestemd is wonen in 87 verschillende landen. Ruim een derde van de betrokken kinderen heeft de Belgische nationaliteit. Opmerkelijk: het geëxporteerde bedrag aan kinderbijslag is met 5,7% gestegen tegenover 2014. Dat jaar werd € 100.475.550 kinderbijslag geëxporteerd, wat toen neerkwam op 1,56% van de totale uitgaven.

Opvallend is de forse stijging van de export van Belgische kinderbijslag naar Oost-Europese landen. Het in Polen uitgekeerde bedrag steeg tussen 2014 en 2015 fors van € 10.032.648 tot € 12.292.568. Het spectaculairst was de stijging echter voor Roemenië: van € 1.914.616 (2014) tot € 4.647.575 euro. Voor Bulgarije werd tussen 2014 en 2015 een stijging opgetekend van € 386.750,7 tot € 588.557,70.

Om recht te hebben op Belgische kinderbijslag mag een kind in theorie niet buiten België studeren of gedomicilieerd zijn. Er zijn echter uitzonderingen. Zo zijn er Europese sociale verordeningen die in bepaalde gevallen recht geven op Belgische kinderbijslag wanneer men in een ander land van de EER verblijft. Het betrof in 2015 97% van de uitgaven in het buitenland. Andere uitbetalingen gebeuren op basis van oude bilaterale (gastarbeiders)verdragen naar Algerije, Marokko, Tunesië en de landen van ex-Joegoslavië.

De grootste bedragen vloeien naar Frankrijk (€ 57.589.087) Nederland (€ 15.149.387), Polen (€ 12.292.568), Roemenië (€ 4.647.575), en Spanje (€ 2.742.773). Buiten Europa vloeien de grootste bedragen naar de Verenigde Staten (€ 1.181.177), Israël (€ 1.024.521), Marokko (€ 620.063), Canada (€ 274.526,62) en Turkije (€ 201.028).

Ortwin Depoortere plaatst vraagtekens bij bepaalde uitbetalingen van kinderbijslag in het buitenland. Bijvoorbeeld wanneer dit gebeurt op basis van oude bilaterale verdragen. Onze autoriteiten beschikken daar immers nauwelijks over controlemogelijkheden. Het is bovendien bekend dat deze landen meestal weigeren om essentiële informatie te verschaffen om controle mogelijk te maken.

Belangrijker nog is volgens Depoortere nog dat snel maatregelen genomen worden om de kinderbijslagtarieven bij uitkering in bepaalde Europese landen aan te passen aan de levensduurte in de betreffende landen. De opvoeding van een kind in Roemenië kost immers heel wat minder dan de opvoeding van een kind in België. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat onze naar Roemeense maatstaven hoge kinderbijslagtarieven een extra aanmoediging vormen voor arbeidsmigratie naar ons land.

Voor Ortwin Depoortere is in tijden waarin van onze bevolking steeds meer inspanningen gevraagd wordt om de begroting op orde te krijgen elke cent kinderbijslag die in het buitenland teveel wordt uitgekeerd absoluut onaanvaardbaar. Depoortere betreurt dan ook dat de minister zich in zijn antwoord op de vraag naar eventuele te nemen maatregelen ertoe beperkt te verwijzen naar de algemene principes uit het voorontwerp van kinderbijslagdecreet die op geen enkele manier verschillen van die van het huidige decreet. De door het Vlaams Belang gesuggereerde maatregelen zouden nochtans snel enkele miljoenen euro’s besparing opleveren.

Bijlagen: